In dit werk van Jan Nupoort (1733-1781) worden de hoofdzaken van het oprechte, of het ware geloof, vanuit Gods Woord en de Heidelbergse Catechismus opengelegd en verklaard.

Nupoort behandelt eerst op een zeer grondige maar ook verhelderende wijze het wezen van het geloof vanuit Zondag 7, vraag en antwoord 21. Hierna volgen zes vragen en antwoorden betreffende het ware geloof, in verband met de levendmaking, wedergeboorte, het deel hebben aan Christus en de rechtvaardiging van de zondaar voor God, in het licht van Zondag 7 en Zondag 23.

Jan Nupoort was als catecheet, kerkenraadslid én oefenaar in Schoonhoven geacht en geliefd onder het volk én onder de predikanten. Hij studeerde pas op latere leeftijd theologie te Lingen (Duitsland) en werd hulpprediker te Bergambacht. Hierna volgde hij de roeping die de Heere in zijn hart had gelegd, toen hij negentien jaar oud was en door ziekte nabij de dood: 'Ik zal u zenden tot een volk welkers spraak gij niet kent.' Hij werd benoemd door de O.I.C. tot predikant te Batavia in Oost-Indië, en stierf aldaar toen hij nog slechts 48 jaar oud was, een weduwe en vier kinderen aan de zorg des Heeren toevertrouwende.'